Ingediend door Hans Klein Woud MM 224 jan-feb 2020
De flux (energie per seconde per oppervlak; J/s.m2 = W/m2), die van ster ontvangen wordt, is omgekeerd evenredig met de afstand in het kwadraat. Dat is direct te begrijpen als men zich realiseert, dat een ster zijn energie over bolvormig oppervlak verdeelt, en dat het oppervlak van een bol kwadratisch toeneemt met de straal van die bol.
Maar als we te maken hebben met zwaartekrachtgolven is dat niet het geval. Zwaartekrachtgolven, die het gevolg zijn van twee om elkaar roterende en samensmeltende zwarte gaten of neutronensterren, stralen ook energie uit. Dit wordt waargenomen als ruimterek, dat is verkorting of verlenging per meter lengte. De ruimte krimpt en groeit periodiek. De ruimterek van de eerst waargenomen zwaartekrachtgolf GW150914 was heel erg klein: ongeveer 10-21 m/m.
Het bijzondere is dat die rek omgekeerd evenredig is met de afstand en niet omgekeerd evenredig met de afstand in het kwadraat. Wie verklaart dit?