Lezing: Vrijdag 22 maart 2013
"De veiligheid van onze Delta"
door Prof.ir. J.K. Vrijling
Samenvatting:
Rondom de herdenking van de watersnoodramp publiceerde de Volkskrant een interview met de minister van Infrastructuur en Milieu. Zij vroeg de lezer dringend: "Hebben jullie een ton in huis?", doelend op de 10 liter plastic ton met lucifers, kaarsen, zaklantaarn, batterijen, radio, etc., het overlevingspakket dat de overheid aanbeveelt. Zouden er in de nacht van 1 februari 1953 minder slachtoffers gevallen zijn als men een evacuatieplan op de keukendeur had hangen en er bij iedereen een tonnetje op zolder had gelegen?
Het interview toont de verschuiving van preventie naar gevolgenbeperking, die nu in de waterwereld gaande is. Het merkwaardige is dat enorme omvang van de schade bij een overstroming, die duidelijk te zien is in de beelden van de overstromingen in New Orleans, Birma, Australie, Thailand, Japan en recent New York niet goed doordringt, net zo min als de betrekkelijk geringe effectiviteit van de heroïsche reddingen.
De grote schade bij een overstroming heeft Nederland altijd geïnspireerd om de primaire verdediging te versterken en zo mogelijk in de richting van de waterwolf te verschuiven. De afsluitdijk en het deltaplan tonen dat. Langzaam is daarbij de waardenafweging verschoven van economie naar milieu zoals de Oosterscheldekering en Ruimte voor de Rivier laten zien.
Het deltaplan van de Commissie Veerman volgde die tendens afgezien van de aanbeveling om de veiligheid van de dijken met een factor 10 te vergroten. Voor een verhoging van de veiligheid is alle reden, gezien de groei van bevolking en economie sinds de eerste Deltacommissie, en gezien de gegroeide inzichten ten aanzien van de (on)veiligheid van onze dijken.
Over de spreker:
Han Vrijling (1947) behaalde in 1974 zijn ingenieursdiploma aan de Technische Hogeschool in Delft; in 1980 voltooide hij de studie bedrijfseconomie aan de Erasmus Universiteit te Rotterdam.
Hij heeft meegewerkt aan het ontwerp van de stormvloedkering in de Oosterschelde, waarbij hij een probabilistische benadering introduceerde. Hij was betrokken bij een groot aantal andere waterbouwkundige ontwerpprojecten in binnen- en buitenland. Zo leidde hij na de overstroming van New Orleans diverse analyses van deze ramp en de gevolgen ervan.
In 1995 werd hij benoemd tot hoogleraar Waterbouwkundige Constructies en Probabilistisch Ontwerpen in Delft. Hij maakte deel uit van de Commissie Veerman die in 2009 de voltooiing van de Amsterdamse Noord-Zuidlijn aanbeval, en hij is bij dit project nog betrokken als commissaris.
Sinds augustus 2012 is hij met emeritaat.